Eén database voor D-star en DMR
Het D-star en DMR netwerk is de afgelopen maanden explosief gegroeid. Voor D-star werd naast callsign routering ook CCS-ID’s gebruikt. Dat waren 4-cijferige codes die aan een station gekoppeld werden. Voor DMR werd gebruik gemaakt van 7-cijferige codes, waarbij de eerste 4 cijfers het land van de gebruiker aanduiden.
Afgelopen week zijn beide databases samengevoegd. Peter (PA3PM) heeft op ham-dmr.nl een uitleg gegeven over het nieuwe systeem en de gevolgen hiervan.
Het plan om tot een database te komen stamt uit 2014, toen beheerders Torsten (DG1HT) en Hans-Jürgen (DL5DI) de groei in een grafiek gezet hebben en zagen dat het 4-cijferige systeem niet meer voldeed. Er is toen begonnen met het integreren van beide databases. Een call is nu opgebouwd uit 7-cijfers, zoals het bij DMR ook gebruikelijk is.
De eerste 3 cijfers geven daarbij de ITU-landcode aan. In Nederland is dit 204. De overige 4 cijfers geven een amateur station aan. In Nederland wordt daarbij het 4e cijfer gebruikt voor de provincie, zodat er per provincie 999 ID’s uitgegeven kunnen worden. Dat moet meer dan voldoende zijn voor de komende jaren. De provincies Limburg en Zeeland alsook Gelderland en Overijssel zijn daarbij samengevoegd door de beperking van 10 regio’s.
Momenteel wordt de software voor repeaters en controllers aangepast aan de nieuwe database. Gebruikers hoeven dus nog niets te veranderen. Wanneer de software getest en uitgerold is over de netwerken, dan kan het zijn dat de oude 4-cijferige CCS registraties voor het D-star netwerk vervallen en vervangen worden door de 7-cijferige DMR registraties. Binnen Nederland blijft daarbij een 4-cijferig systeem ook werken, omdat het landnummer 204 voor binnenlandse routering niet toegevoegd hoeft te worden.
Het D-star en DMR netwerk komen hiermee steeds dichter bij elkaar. Eerder werden enkele reflectors al gekoppeld, waarbij het mogelijk was vanaf het D-star netwerk een verbinding op te bouwen richting het DMR netwerk. Nu er een gezamenlijke database voor beide netwerken is, wordt deze integratie verder versterkt. Het is niet ondenkbaar dat andere diensten, System Fusion of HAMNET, in de toekomst ook meer zullen integreren en er een digitaal access-netwerk ontstaat, waarbij het er niet toe doet welk middel er gebruikt wordt maar het aantal diensten (reflectors) leidraad is.
Meer informatie: ham-dmr.nl.