Sinds 2004 ontsluit het Antennebureau (onderdeel van Agentschap Telecom) in het kader van haar voorlichtingsfunctie het Antenneregister. Het Antenneregister wordt beheerd door Agentschap Telecom en geeft een actueel overzicht van antenne-installaties in Nederland. De aanleiding om een antenneregister op te zetten was het bieden van transparantie over mogelijke gezondheidsrisico’s en het stimuleren van site-sharing door telecomaanbieders.
Het ministerie van Economische Zaken, in samenwerking met Agentschap Telecom, heeft de KWINK groep gevraagd onderzoek te doen naar de toekomst van de openbare registratie van antenne-installaties. De KWINK groep brengt technologische en maatschappelijke ontwikkelingen in kaart en onderzoekt wat die betekenen voor de wijze waarop de Nederlandse overheid antenne-installaties openbaar zou kunnen registreren. In het onderzoek kijkt de KWINK groep ook hoe in omringende landen met de registratie van antenne-installaties wordt omgegaan en wat mogelijke alternatieven zijn voor de registratie van antenne-installaties.
Uitnodiging voor gesprek
In dat kader is de DKARS (naast VERON en VRZA) uitgenodigd voor een gesprek, om informatie te verzamelen voor het onderzoek. Onze voorzitter heeft dit gesprek gevoerd en heeft op verschillende vragen antwoord gegeven. DKARS heeft aangegeven geen voorstander te zijn van registratie. Want site sharing is voor ons niet van belang en voor wat de gezondheidseffecten betreft is geantwoord dat een amateurstation uiterst zelden de blootstellingslimieten voor elektromagnetische velden zal overschrijden. Registratie van de antenne kan ook snel leiden tot verdachtmaking bij storing en ons imago schaden. Ook vinden we het onnodige inbreuk op de privacy.
Klankbordbijeenkomsten
Na het gesprek ontvingen de drie organisaties die de belangen van de amateurs behartigen een uitnodiging om deel te nemen aan een klankbordgroep. Deze klankbordgroep zal eind september en in november bij elkaar komen om de voortgang van het onderzoek te bespreken (eerste resultaten en vervolgrichtingen van het onderzoek). Daarbij werd gevraagd om bij voorkeur een vertegenwoordiger aan te wijzen die namens de drie organisaties zou deelnemen. Er is toen meteen contact gezocht met VERON en VRZA om te overleggen op welke wijze vertegenwoordiging kon worden vormgegeven.
Na een aanvankelijk bemoedigend telefonisch overleg met de voorzitter van de VERON, die aangaf tevens namens de VRZA te spreken, werd door DKARS een concreet voorstel geformuleerd om samen te werken met betrekking tot het onderwerp antenneregister.
Helaas heeft het niet tot een uitkomst geleid, die recht doet aan onze belangen. Het voorstel van de VERON en VRZA bestond uit een concept bericht voor publicatie. Echter bleek uit het voorgestelde bericht op geen enkele wijze dat de afgevaardigde tevens DKARS zou vertegenwoordigen en verder sloot de bewoording van het bericht DKARS feitelijk uit, waardoor wij thans niet anders kunnen constateren dan dat de VERON en VRZA samenwerking met DKARS categorisch afwijzen.
“DKARS benadrukt dit resultaat uitermate te betreuren, maar wij zullen ons erbij neerleggen en onze aandacht richten op wegen om zelfstandig de door ons beoogde belangenbehartiging invulling te geven. Ook zal verdere uitbouw van contacten met stakeholders prioriteit krijgen.”, zo valt te lezen in DKARS Magazine – september 2017)